Triton TCM PL User Manual

Page 14

Advertising
background image

14

NL

Montage

Groeven aan het einde – veroorzaakt doordat de rand

van één of alle messen te ver uitsteekt in verhouding met

de achterste zool lijn.

DE SCHAAFDIEPTE INSTELLEN
LET OP
. Zorg er altijd voor dat de machine uitgeschakeld

is en van de stroom is gehaald voordat u aanpassingen

maakt en messen installeert of verwijdert. Draai de diepte

stel knop (5) rechtsom voor een diepere schaafsnede en

linksom voor een minder

diepe schaafsnede.
De getallen op de ring

onder de diepte stel knop

geven de diepte van de

snede aan. Bijvoorbeeld,

wanneer de “1” naast de

wijzer op de voorkant van de

schaafmachine staat, is
de diepte van de snede

ongeveer 1 mm. Als het nodig is de diepte van de snede

nauwkeurig te bepalen, schaaf dan eerst in een stuk

afvalmateriaal, meet het verschil in diepte en pas de

instelling indien nodig aan.
IN- EN UITSCHAKELEN
LET OP.
Voordat u de

machine met de stroom

verbindt, dient u altijd te

controleren of de aan-/

uitschakelaar (1) en de

vergrendelknop (7) juist

functioneren.
1. Steek de stekker in het

stopcontact en pak de

machine met uw duim

op de aan-/uitschakelaar

(1) vast.

2. Duw de vergrendelknop

(7) naar voren en druk

de aan-/uitschakelaar

(1) met uw duim in.

U kunt uw vinger van

de vergrendelknop

(7) afhalen als de

schaafmachine gestart is.

3. Om de machine te stoppen, haalt u uw duim van de

aan-/uitschakelaar (1) af.

4. Om de machine opnieuw te starten, moet u zowel

de vergrendelknop (7) als de aan-/uitschakelaar (1)

bedienen. Dit is een belangrijke veiligheidsfunctie die

voorkomt dat u de schaafmachine per ongeluk start. De

schaafmachine stopt alleen als u uw duim van de aan-/

uitschakelaar (1) haalt.

SCHAVEN
1. Plaats de voor zool (4) plat op het oppervlak van het

werkstuk zonder dat de messen contact maken met het

werkstuk.

2. Schakel de machine in

en wacht tot de bladen

de volledige snelheid

hebben bereikt.

3. Beweeg de

schaafmachine

langzaam naar voren,

waarbij u op het begin

van de schaafdoorgang

druk uit op de voorzijde

van de machine uitoefent. Oefen aan het eind van de

doorgang druk uit op de achterzijde van de machine uit,

met uw hand op de hoofdhandgreep (2).

4. Duw de schaafmachine over de rand van het werkstuk

zonder hem naar onderen te kantelen.

OPMERKING. Het schaven gaat gemakkelijker wanneer

u het werkstuk enigszins van u af laat lopen, zodat u

“bergafwaarts” schaaft.
5. De snelheid van het schaven en de diepte van de

schaafsnede bepalen de kwaliteit van de afwerking.

Voor grof schaven kunt u de diepte van de schaafsnede

vergroten en voor het verkrijgen van een fijne afwerking

dient u de schaafdiepte echter te verkleinen en

langzamer te schaven.

LET OP. Wanneer u de machine te snel beweegt, kan dit

leiden tot een kwalitatief slechte schaafsnede. Bovendien

kunnen de messen en de motor beschadigen. Wanneer

u de machine te langzaam beweegt, kan het materiaal

verbranden en de snede mislukken. De juiste snelheid

hangt af van het te schaven materiaal en de diepte van de

zaagsnede. Oefen eerst op een stuk afvalmateriaal van het

werkstuk om de juiste schaafsnelheid en schaafdiepte te

bepalen.
LET OP. Houd de schaafmachine te allen tijde met beide

handen vast.
LET OP. Klem het werkstuk indien mogelijk op een

werkbank vast.

773123_manual with Japanese.indd 14

26/08/2014 15:24

Advertising