5 aanduidingen in het display – Metz MECABLITZ 50 AF-1 digital Nikon User Manual

Page 65

Advertising
background image

65

ń

5 Aanduidingen in het display

De Nikon camera’s van de groepen B, C, D en E (zie Tabel 1) geven de waar-
den van ISO, brandpuntsafstand van het objectief (mm) en diafragma door
naar de flitser. Deze past zijn vereiste instellingen automatisch daaraan aan.
Hij berekent uit die waarden en zijn richtgetal de maximale reikwijdte van het
flitslicht. Flitsfunctie, reikwijdte, werkdiafragma en de zoomstand van de hoof-
dreflector worden in het display van de flitser aangegeven.
Als de flitser wordt gebruikt , zonder dat deze de betreffende gegevens van de
camera heeft ontvangen (bijv. als de camera uitgeschakeld is of de flitser op een
camera uit groep A is gemonteerd), worden alleen de gekozen flitsfunctie, de
zoomstand van de hoofdreflector en ‘Zoom’ aangegeven. De aanduidingen
voor diafragma en reikwijdte verschijnen pas als de flitser de vereiste gegevens
van de camera heeft ontvangen.

Aanduidingen voor de diafragma en reikwijdte verschijnen alleen met
de camera’s uit de groepen B, C, D en E (zie Tabel 1) en als deze met een
AF-objectief, c.q. een objectief, voorzien van een CPU, worden gebruikt!

Displayverlichting
Telkens als u op een toets van de flitser drukt, wordt gedurende ong. 10 sec. de
verlichting van het display van de flitser geactiveerd. Bij het ontsteken van een
flits via de camera of via de ontspanknop voor handbediening

ቤ op de flit-

ser, wordt de verlichting van het display uitgeschakeld.

5.1 Aanduiding van de flitsfunctie

In het display wordt de ingestelde flitsfunctie
aangegeven. Hierbij zijn, afhankelijk van
het type camera, c.q. de cameragroep (zie
Tabel 1) verschillende aanduidingen voor de
ondersteunde TTL-flitsfunctie (bijv.

,

BL

, , BL) en de met de hand

in te stellen flitsfunctie M mogelijk, zie 7).

TTL

TTL

TTL

TTL

5.2 Aanduiding van de reikwijdte van het flitslicht

Bij gebruik van camera’s uit de groepen B, C, D en E en een objectief met CPU
verschijnt in het display een aanduiding van de reikwijdte van het flitslicht.
Hiervoor moet een uitwisseling van gegevens tussen camera en flitser plaats
hebben gevonden, bijvoorbeeld door het aantippen van de ontspanknop op de
camera. De reikwijdte kan zowel in meters (m) of in feet (ft) worden aangege-
ven (zie 9.7).

Bij camera’s uit groep A verschijnt er geen aanduiding van de reikwijdte, of:

- bij gebruik van objectieven zonder CPU (bijv. een met de hand scherp te

stellen objectief).

- als de kop van de reflector uit zijn normale stand (naar boven, beneden

of zijwaarts) gezwenkt is.

- de flitser in de remote-flitsfunctie (Slave SL) werkt.

Aanduidingen van de reikwijdte in de TTL-flitsfuncties
In de TTL-flitsfuncties (

,

BL

, ,

BL

; zie 7.1) wordt in het display de

waarde voor de maximale reikwijdte van het
flitslicht aangegeven. De aangegeven waarde geldt
voor een reflectiegraad van het onderwerp van 25%,
wat voor de meeste opnamesituaties een correcte
waarde is. Grote afwijkingen van deze reflectiegraad,
bij zeer sterk of juist zeer zwak reflecterende onderwerpen kunnen de reikwijdte
van het flitslicht beïnvloeden.
Het onderwerp moet zich in een bereik van ongeveer 40% tot 70% van de aan-
gegeven waarde bevinden. De elektronica heeft dan voldoende speelruimte
voor een goede belichting. De minimale flitsafstand tot het onderwerp mag niet
minder zijn dan 10% van de aangegeven waarde om overbelichting te vermij-
den! Het aanpassen aan de betreffende opnamesituatie kan bijv. door het ver-
anderen van de diafragmaopening van het objectief worden bereikt.

TTL

TTL

TTL

TTL

F 5,6

7,5

m

Zoom

105

mm

TTL

TTL

F 5,6

7,5

m

Zoom

105

mm

TTL

7,5

m

709 47 0167.A2 50 AF-1 Nikon 27.08.2010 12:54 Uhr Seite 65

Advertising